Arbeidsmediation – Een op handen zijnde reorganisatie en collegialiteit

Twee collega’s (een man en een vrouw) runnen samen een afdeling. Hun functies zijn gelijkwaardig, maar er is een groot verschil in ervaring en leeftijd. Tijdens een functioneringsgesprek krijgt de man te horen dat de directie niet tevreden is over de afhandelingssnelheid van de opdrachten aan de afdeling. Het moet efficiënter. De directie draagt de man de leiding op over de afdeling. Hij dient het afhandelingsproces in kaart te brengen, zijn jonge collega te monitoren en daarover verslag uit te brengen. Diezelfde dag, na werktijd, stuurt de man een ‘zakelijke’ email aan zijn collega – met de directie in cc – om haar in kennis te stellen van zijn nieuwe functie, met de mededeling dat de afhandeling beter moet en dat er dingen moeten veranderen. Vanaf dat moment is van samenwerking geen sprake meer. De collega’s communiceren niet meer met elkaar, alleen het hoognodige en dat per mail. Dat duurt een aantal maanden, totdat er ziekteverzuim optreedt en de situatie onhoudbaar wordt. Op voorstel van de directie gaan partijen een mediationtraject in.

Partijen geven hun visie op de ontstane situatie en schieten fel in de aanval en verdediging; de vrouw verwijt de man dat hij met zijn email een bom onder de samenwerking heeft gelegd en de man geeft aan dat hij niet anders kón na de opdracht van hogerhand. Er volgen over en weer verwijten op detailniveau: “Ik kon overwerken om jouw opdracht af te werken!” en “Jij bemoeide je met iets dat je helemaal niet aanging” etc. 

Wanneer ik vraag naar de samenwerking vóór de zakelijke email, geven beiden aan dat die goed was. Heel goed zelfs; lief en leed werd gedeeld. De man zag zichzelf als een soort vader, de vrouw zag dat eigenlijk ook zo. De zakelijke email was daarom bij haar ingeslagen als een bom. Er circuleerden al enige tijd geruchten over een op handen zijnde reorganisatie en inkrimping van het personeelsbestand, ook met betrekking tot de afdeling. De vrouw zat privé midden in een grote verbouwing en maakte zich grote zorgen over de financiën. De email zag zij als een vooraankondiging van ontslag; dat die bovendien werd gedaan door haar collega en vriend en nog wel op zo’n zakelijke manier, had een shockeffect op haar gehad.

De man vertelde dat hij zich heel ongemakkelijk voelde met de opdracht van de directie, maar dat hij ook bang was ontslagen te worden. De kans dat hij op zijn leeftijd nog een andere (vaste) baan zou vinden, was niet groot. Hij had studerende kinderen, was kostwinner en kon het zich niet permitteren om zijn baan te verliezen. Een persoonlijk gesprek met zijn collega kon hij niet aan; daarom had hij zich zakelijk opgesteld en had hij per email gemeld wat de directie hem had gevraagd. De man was ervan overtuigd dat, als het tussen hem en zijn collega ging, hij eruit moest vanwege zijn leeftijd en hogere salaris. De vrouw was ervan overtuigd dat, als het tussen haar en haar collega ging, zij eruit moest, omdat de man er langer werkt dan zij en meer ervaring had.

Op mijn vraag hoe het kon dat de twee collega’s zo abrupt en zo lang niet meer met elkaar hebben gesproken, is het even stil. De vrouw antwoordt dat ze dat wel snapt, omdat ze allebei heel koppig zijn en daarin erg op elkaar lijken. De man erkent dat. Het blijkt de opening te zijn voor een gesprek tussen de twee collega’s waarin elkaars angsten en zorgen worden gedeeld. Partijen spreken met elkaar af dat zij hun samenwerking weer oppakken, dat zij zich niet meer uit elkaar zullen laten drijven door de dreigende reorganisatie en weer gewoon zullen communiceren. In gezamenlijk overleg wordt het mediationtraject beëindigd.

Enige tijd daarna krijg ik bericht van de vrouw. Ze laat weten dat ze een andere, leuke baan heeft gevonden. Niet omdat de samenwerking met haar collega na de mediation niet goed zou zijn gegaan, die was weer als vanouds, maar vanwege de dreigende reorganisatie. Het mediationproces had haar ook meer inzicht gegeven in haar eigen opstelling en in wat zij belangrijk vond. Ze wilde de vriendschap met haar collega niet nog eens in de knel laten komen en omdat zij haar kansen op de arbeidsmarkt hoger inschatte, was ze op zoek gegaan naar een andere baan, met succes.

mr c vinken │ Vogelwikke 4, 5731 WG Mierlo │ KvK 80792170 │ Bank NL83 INGB 00070 3811 96 │
BTW-identificatienr. NL003489465B93 │ Aansprakelijkheid is beperkt tot het bedrag waarvoor de beroepsaansprakelijkheidsverzekeraar van mr c vinken aanspraak op uitkering geeft, vermeerderd met het bedrag van eigen risico │ Op de dienstverlening is uitsluitend Nederlands recht van toepassing